Mondiaal burgerschap en internationaal ondernemerschap
Er is een steeds grotere wederzijdse afhankelijkheid tussen mensen die niet ophoudt bij de grens van Nieuwegein of Nederland. Onze kleding komt vaak van ver en wordt vaak niet onder zulke goede werkomstandigheden gemaakt, het klimaat in andere delen van de wereld verandert ook waardoor mensen gaan migreren en zo zijn er vele voorbeelden te geven.
We moeten ons bewust zijn dat lokaal handelen soms gevolgen heeft voor ver weg en wat er ver van ons bed gebeurt heeft soms gevolgen voor ons leven.
Als gemeente kun je scholen, bedrijven en initiatieven van inwoners bij elkaar brengen om samen het mondiale burgerschap en het internationale ondernemerschap een stimulans te geven.
Er zijn veel dingen die we gezamenlijk (meer) kunnen doen: bijvoorbeeld producten kopen die op een eerlijke manier zijn gemaakt, kennis uitwisselen met Nieuwegeinse inwoners over hun land van herkomst en wat we kunnen bijdragen aan verbetering, informatie delen over verantwoorde producten, kennis uitwisseling voor wat betreft duurzame initiatieven en kennis delen van bedrijven. Organisaties als Fair Trade Nieuwegein, de werkgroep Rundu, kerken, radio ElMundo, zijn daar volop mee bezig. Als GroenLinks vinden we het belangrijk dat de gemeente die initiatieven stimuleert en ook verbindt. Het voorstel van het college ging hierover. Wij vinden het bijzonder teleurstellend dat de raad dit voorstel verwierp. (met slechts 1 stem verschil).
Een amendement van de VVD om ‘stedenband als middel’ te schrappen, haalde het gelukkig niet.
Precario belasting
GroenLinks heeft de motie gesteund waarin het college wordt gevraagd om onderzoek te doen naar de mogelijkheid om verenigingen vrij te stellen van betalen van precariobelasting. Dit is de belasting die je betaalt als je gebruik maakt van de openbare ruimte bijvoorbeeld tijdens evenementen. Dat kan een grote aanslag zijn op het budget van een vereniging.
GroenLinks wil juist dat bewonersinitiatieven gewaardeerd en ondersteund worden.
We hebben nadrukkelijk aangegeven in de raad dat het onderzoek moet gaan over alle verenigingen en niet alleen voor verenigingen met een ‘flinke uitstraling’ zoals de VSP dit verwoordde.