De gezondheid van mensen wordt niet alleen bepaald door een concrete ziekte, een aandoeningen of een handicap. Ook andere factoren bepalen hoe gezond iemand is, zoals arbeidsomstandigheden, veiligheidsgevoel, een gezonde of ongezonde leefomgeving, sociale contacten en leefstijl. Bevordering van de gezondheid vraagt dan ook om een brede aanpak. Veel zorg wordt al geleverd door familie of goede vrienden (mantelzorg) of door buren die naar elkaar omzien. Met elkaar ontwikkelen we zo draagvlak om tot een gezonde samenleving te komen. De veerkracht van individuele mensen wordt mede bepaald door de veerkracht van de buurt als geheel. Vaak zijn ook veel verschillende professionals en organisaties betrokken: van huisarts, psychiater, welzijnswerker, leefstijlcoach, woningcorporatie, kerken en moskeeën, tot en met de wijkagent. Door deze te verbinden ontstaat inzicht in factoren die voor de gezondheid bedreigend zijn. Per wijk of buurt kunnen deze programma’s er anders uitzien want ook de leefomgeving kan de gezondheid negatief beïnvloeden, zoals bij ongeschikte huisvesting of een gebrek aan groen of schone lucht het geval is. Bijzondere aandacht is nodig voor een grote groep mensen met een minder sterke sociaaleconomische positie omdat zij een groter risico lopen op gezondheidsklachten. Tenslotte vraagt GroenLinks speciale aandacht voor de geestelijke gezondheidszorg van onze inwoners. Daarbij denken we ook aan de gevolgen van de coronacrisis waar in de herstelfase veel aandacht voor nodig is.

Voorkomen is altijd beter dan genezen. Preventieve maatregelen zijn belangrijk om te voorkomen dat mensen gezondheidsproblemen krijgen en dat er een grote druk komt op de gezondheidszorg. De gemeente kan hier samen met de zorgverzekeraars een aanjaagfunctie in hebben en voor financiering zorgen. Maar ook de samenleving als geheel moet meer aandacht besteden aan preventie. Denk daarbij aan een rookvrije omgeving voor kinderen, het ontmoedigen van gebruik van alcohol en andere verslavende middelen, het bevorderen van gezonde voeding en een gezonde leefstijl en het inrichten van een omgeving die uitnodigt tot bewegen.

Kortom:

  • Op zorg die mensen nodig hebben willen we niet bezuinigen. Als de kosten onvoldoende vanuit de landelijke overheid gecompenseerd worden, zoekt de gemeente zelf naar aanvullende mogelijkheden om de zorg te bekostigen.
  • De toegang tot zorg is gemakkelijk. Iedereen die met een zorgvraag komt, krijgt ondersteuning van een onafhankelijke cliëntondersteuning aangeboden.
  • We blijven investeren in gezondheidscentra in wijken, die toegankelijk is en waar zorg-, en welzijnsorganisaties samenwerken.
  • We doen mee met het preventieakkoord van de gemeente, zorgverzekeraars en andere maatschappelijke organisaties.
  • Er komt een experiment met populatiebekostiging waarbij budgetten worden samengevoegd om integrale zorg en ondersteuning te kunnen bieden.
  • Voor bijzondere doelgroepen worden vanuit een breed perspectief (zorg)arrangementen ontwikkeld om goede zorg en ondersteuning te bieden. Inzet van ervaringsdeskundigen kan hier een belangrijke bijdrage bij leveren.
  • De sociaaleconomische gezondheidsverschillen worden substantieel verkleind. De gemeente toetst dit bij alle beleidsontwikkelingen.
  • Voor mensen die dakloos zijn en/of te maken hebben met schuldenproblematiek geldt dat ze eerst een dak boven hun hoofd moeten hebben en dat de schuldenproblemen worden aangepakt, zodat psychosociale hulp effectief kan worden ingezet.
  • Ondersteuning van mantelzorginitiatieven in de stad, in het bijzonder jonge mantelzorgers.