Dat kan alleen als we ons richten op gelijke kansen voor iedereen. In een inclusieve stad is geen plaats voor discriminatie van mensen vanwege welke culturele of religieuze achtergrond dan ook, of van LHBTQIA+'ers. Nieuwegein moet dan ook een stad zijn die vluchtelingen (zowel statushouders als asielzoekers) en andere migranten verwelkomt en helpt hun weg te vinden. 

Veel van het streven naar een inclusieve stad kan gerealiseerd worden in het algemene beleid, maar soms zijn ook specifieke maatregelen nodig. Dit geldt onder andere voor mensen met een beperking, want voor hen is het vaak nog moeilijk is om deel te kunnen nemen aan alle aspecten van onze samenleving. Het VN-verdrag voor de rechten van mensen met een handicap verplicht de gemeente om hier aandacht aan te besteden. Een andere groep die gerichte aandacht nodig heeft zijn de mensen met een taalachterstand. Uit onderzoek van geletterdheidinzicht.nl blijkt dat 12% van de volwassenen in Nieuwegein moeite hebben met lezen, schrijven en/of rekenen. Vaak kunnen ze wel lezen, maar ze hebben moeite om de inhoud van wat ze lezen te begrijpen. Dat belemmert ze in hun deelname aan de samenleving op tal van gebieden, zoals de communicatie met officiële instanties, het vinden van een baan, het begrijpen van medische informatie, enzovoort.

De stad is van iedereen en iedereen moet kunnen bijdragen aan het vorm geven aan de stad. Dat kan aan de ene kant door initiatieven van inwoners als gemeente te ondersteunen. Aan de andere kant betekent het ook dat inwoners invloed moeten kunnen uitoefenen op besluiten van de gemeente. De betrokkenheid en denkkracht van de inwoners kan bijdragen aan het oplossen van de vragen die er liggen. Een goed participatiebeleid vervult een grote rol in het opbouwen van vertrouwen, over en weer. Dit vraagt van alle betrokken partijen een grote inzet, lef én een goede organisatie. Het vraagt om participatietrajecten waarbij inwoners van meet af aan betrokken zijn. Belangrijk is om de participatie zo in te richten dat zowel voor- als tegenstanders van een voorgenomen ontwikkeling hun mening goed naar voren kunnen brengen. Speciale aandacht vraagt GroenLinks voor mensen die zich afgekeerd hebben van de samenleving als gevolg van allerlei negatieve ervaringen met de overheid. Eén van de vormen die daarvoor geschikt zijn, is het instellen van een Burgerforum met een representatieve vertegenwoordiging middels loting onder inwoners van de stad.

Kortom:

  • Tegen iedere vorm van discriminatie of achterstelling wordt (pro-)actief opgetreden.
  • Bij beleidsontwikkelingen worden altijd de mogelijke effecten op de kansengelijkheid meegewogen.
  • Voor mensen met een taal- en/of rekenachterstand worden specifieke programma’s ingezet om hen te ondersteunen in hun ontwikkeling. De gemeente investeert daarbij jaarlijks in de aanpak van laaggeletterdheid met een gevarieerd aanbod van maatregelen. Daardoor kunnen we mensen met laaggeletterdheid vinden en kunnen zij ook een passend aanbod krijgen. De gemeente communiceert zelf in eenvoudige taal en zo nodig ook in andere talen dan alleen het Nederlands.
  • Er komt een burgerforum dat onderdeel uitmaakt van het participatiebeleid.
  • De gemeente stelt heldere eisen aan een participatietraject, die ook gelden voor initiatiefnemers. Verder ziet de gemeente erop toe dat initiatiefnemers zorgvuldige participatietrajecten opzetten voor omwonenden en belanghebbenden. De gemeente geeft hiervoor heldere kaders aan.
  • In samenspraak met ervaringsdeskundigen met een beperking, of andere inwoners met een achterstand, worden beleid en acties ontwikkeld om hun deelname aan de samenleving te bevorderen.
  • Het aanbod van (cultuur)voorzieningen is divers en spreekt verschillende culturen en leefstijlen aan.
  • In subsidievoorwaarden voor organisaties die een bijdrage van de gemeente ontvangen is als voorwaarde opgenomen dat de organisaties een diversiteitsbeleid voeren.
  • Nieuwegein moet dan ook een stad zijn die vluchtelingen (zowel statushouders als asielzoekers) en andere migranten verwelkomt en helpt hun weg te vinden.
  • We kiezen voor gemengde wijken waarin delen van de wijk meer homogeen kunnen zijn. Zo zetten wij in op een ongedeelde stad, dus een stad met minder segregatie en meer kansengelijkheid.